Hoeveel moet een kat drinken per dag?
Een gezonde kat van ongeveer 4 kg heeft dagelijks zo’n 200–240 ml water nodig (ongeveer 50–60 ml per kilo). Natvoer telt mee, maar extra drinken blijft belangrijk. Een drinkfontein maakt het aantrekkelijker én gezonder. Onze aanrader: de Trixie Drinkfontein Flower wit-grijs – stromend, fris en ideaal om je kat gehydrateerd te houden.
Hoeveel moet een kat drinken per dag?
Katten zijn van nature slechte drinkers, maar voldoende vocht is cruciaal voor hun gezondheid. Een kat van 4 kilo heeft dagelijks ongeveer 200–240 ml water nodig, oftewel 50–60 ml per kilo lichaamsgewicht. Omdat veel katten voornamelijk brokken eten (droogvoer), krijgen ze minder vocht binnen dan bij natvoer. Hierdoor is het extra belangrijk om ze te stimuleren om meer te drinken. Uitdroging kan leiden tot blaasproblemen en nierziekten, iets wat je natuurlijk wilt voorkomen. Stromend water vinden katten vaak aantrekkelijker omdat het frisser en schoner lijkt. Daarom kiezen steeds meer baasjes voor een drinkfontein. Het zorgt niet alleen voor voldoende vocht, maar ook voor een speelse ervaring die katten motiveert. Een goede optie is de Trixie Drinkfontein Flower – stil, fris en hygiënisch. Met een capaciteit van 2 liter is hij ideaal om de hele dag vers water beschikbaar te houden. Zo voorkom je dat je kat te weinig drinkt en ondersteun je zijn gezondheid op een eenvoudige manier.
- Gemiddeld 50–60 ml water per kilo lichaamsgewicht per dag
- Kat van 4 kg → ongeveer 200–240 ml water
- Natvoer levert al vocht, maar extra drinken blijft belangrijk
- Drinkfontein stimuleert drinken door stromend, fris water
- Trixie Drinkfontein Flower is een ideale keuze
Samengevat: een kat moet dus dagelijks voldoende water drinken, afhankelijk van zijn gewicht en voeding. Door een drinkfontein zoals de Trixie Flower te gebruiken, vergroot je de kans dat je kat genoeg binnenkrijgt. Zo houd je hem gezond, vrolijk en gehydrateerd – en dat merk je direct in zijn energie en welzijn.
Waar hangt de vochtbehoefte van een kat van af?
Katten zijn kampioenen in weinig drinken, maar hun vochtbehoefte is wél heel persoonlijk. De basis? Ongeveer 50–60 ml water per kilo lichaamsgewicht per dag. Daarbovenop spelen meerdere factoren mee. Voeding is nummer één: katten die vooral brokken eten hebben meer extra water nodig dan katten die veel natvoer krijgen (natvoer bevat van nature al vocht). Gewicht en activiteit tellen uiteraard mee; een actieve buitenkat verbruikt meer vocht dan een bankhangende binnenkat. Leeftijd en gezondheid zijn ook belangrijk: senioren en katten met blaas- of niergevoeligheid doen het beter met ruim voldoende, makkelijk beschikbaar water. Vergeet de omgeving niet: warm weer, droge lucht of vloerverwarming verhogen de behoefte. Tot slot is er gedrag: sommige katten zijn kieskeurig en drinken pas als water vers, koel en ‘interessant’ is aangeboden. Tip van Katplezier: bied meerdere drinkpunten op rustige plekken (niet naast de voerbak), kies voor keramiek of roestvrij staal om smaakjes te voorkomen, en ververs dagelijks. Zo maak je water drinken vanzelfsprekender én voorkom je uitdroging en blaasgruis-ellende. Kleine moeite, groot verschil voor een gezond, happy katleven.
Drinkt een kat genoeg uit alleen een waterbakje?
Ja, veel katten kunnen prima genoeg drinken uit een gewoon waterbakje—mits je het slim aanpakt. Kies bij voorkeur een keramische (of RVS) kom: hygiënisch, smaak- en geurvrij. Zet het bakje niet direct naast de voerbak, maar op een rustige, vaste plek. Bied gerust meerdere bakjes aan en ververs dagelijks. Sommige katten houden van breed, ondiep servies zodat hun snorharen niet tegen de rand komen. Dat gezegd: een waterfontein maakt water dynamisch, koel en zuurstofrijk—precies wat veel katten onweerstaanbaar vinden. Het resultaat is vaak vaker en meer drinken, wat helpt om blaas- en nierproblemen te voorkomen. Ons Katplezier-advies: heb je een kieskeurige drinker, een brok-eter of wil je simpelweg extra hydratie stimuleren? Dan is een fontein de betere keuze. Wil je het bij een bakje houden, dan is consistentie jouw superpower: vers water, schone kom, goede plek.
“Een kat kán genoeg drinken uit een goed geplaatst, schoon keramisch bakje. Maar in de praktijk stimuleert stromend water uit een fontein duidelijk meer drinkmomenten—en dat zie ik terug in gezondere urinewegen.”
— Dierenarts (DVM), kattengeneeskunde
Hoe herken je dat je kat te weinig drinkt?
Een kat die te weinig drinkt, laat vaak subtiele signalen zien. Katten zijn van nature zuinige drinkers, waardoor het soms lastig is om uit te maken of er een probleem is. Let op dof uitziende vacht, slome of vermoeide houding en een sterke urinegeur. Ook kan de urine donkerder worden en plast je kat minder vaak of juist in kleine beetjes. Huidplooitest? Trek zachtjes aan de huid in de nek: veert dit niet soepel terug, dan kan dat uitdroging betekenen. In ernstiger gevallen zie je ingevallen ogen of een droge mond. Katten die chronisch te weinig drinken, hebben een groter risico op blaasgruis, blaasontsteking en nierproblemen. Signalen zijn vaak subtiel, dus als je twijfelt: altijd even checken bij de dierenarts. Het lichaam van een kat is niet gemaakt om lang vochttekort te compenseren. Vroege herkenning is daarom belangrijk, zodat je snel in kunt grijpen en ernstige gezondheidsproblemen voorkomt.
Tips om je kat meer te laten drinken
Gelukkig zijn er tal van slimme hacks om je kat watertastischer te maken. Katten houden van fris en schoon water, dus begin met dagelijks verversen en kies voor een keramische of RVS bak om vieze smaakjes te vermijden. Zet meerdere drinkpunten in huis, liefst niet naast de voerbak. Stromend water werkt vaak magisch: een waterfontein maakt water frisser en aantrekkelijker. Ook temperatuur telt mee—veel katten drinken liever koel water. Een onverwachte hack: voeg een ijsklontje toe, dat maakt drinken speelser. Varieer met bakjes, hoogtes en plekken: sommige katten vinden een glas op tafel leuker dan een kom op de grond. Je kunt zelfs een scheutje ongezouten bouillon of tonijnwater door het water mengen als extra lokkertje. En vergeet niet: natvoer is het geheime wapen. Een blikje of kuipje bevat vaak 70–80% vocht, waardoor je kat ongemerkt meer water binnenkrijgt.
| Hack | Waarom het werkt | Extra tip |
|---|---|---|
| Waterfontein | Stromend water is frisser en stimuleert het natuurlijke drinkinstinct | Ga voor keramiek – hygiënisch en smaakvrij |
| Meerdere drinkplekken | Katten drinken meer als water overal bereikbaar is | Zet een bakje in elke kamer, ook op hogere plekken |
| IJsklontje toevoegen | Maakt water speelser en lekker koel | Gebruik ook eens een klontje met natvoerbouillon |
| Bouillon of tonijnwater | Geeft geur en smaak die katten onweerstaanbaar vinden | Let op: altijd ongezouten en zonder ui of knoflook |
| Natvoer (het geheime ding!) | Bevat van nature al 70–80% vocht | Combineer natvoer met brokken voor optimale hydratatie |
Met deze hacks maak je drinken niet alleen gezonder, maar ook leuker. Katten zijn van nature kieskeurig, maar met een beetje creativiteit krijg je ze zo ver. Bied verschillende opties aan en observeer wat jouw kat het fijnst vindt. Of je nu gaat voor een waterfontein, een speels ijsklontje of meer natvoer: elke druppel telt. En vergeet niet, een goed gehydrateerde kat is een vrolijke kat—en daar doen we het voor bij Katplezier!
Wat mag je kat wél drinken?
Het antwoord is eigenlijk simpel: water is de enige echte dorstlesser voor je kat. Katten zijn van nature slechte drinkers, dus zorg dat water altijd vers en beschikbaar is. Bij voorkeur in een keramische of RVS bak, omdat plastic nare smaakjes kan afgeven. Stromend water via een drinkfontein maakt het aantrekkelijker en stimuleert het natuurlijke drinkinstinct. Soms kan een klein scheutje ongezouten bouillon of het vocht uit tonijn op waterbasis toegevoegd worden als extra lokkertje. Maar: doe dit met mate en nooit als standaard. De basis blijft altijd schoon, koel en geurloos water. Katten kunnen hier alles uithalen wat hun lichaam nodig heeft om gehydrateerd en gezond te blijven. Water bevat geen calorieën, geen suikers en geen toevoegingen die problemen kunnen veroorzaken. Het is de meest veilige, gezonde en natuurlijke optie. Zorg voor meerdere waterpunten door je huis, zodat je kat de kans krijgt om regelmatig te drinken, waar hij zich ook bevindt.
Wat mag je kat níet drinken?
Er bestaat nog steeds de hardnekkige mythe dat melk goed is voor katten. In werkelijkheid geldt dit niet: de meeste katten zijn lactose-intolerant. Dat betekent dat ze melkproducten slecht kunnen verteren, wat kan leiden tot diarree, buikkrampen en maagproblemen. Ook koemelk speciaal voor mensen bevat te veel suikers en vetten. Zelfs zogenoemde "kattenmelk" uit de supermarkt is eigenlijk overbodig: water en natvoer dekken al ruimschoots de behoefte aan vocht. Andere dranken zoals frisdrank, koffie of thee zijn ronduit gevaarlijk en mogen nooit gegeven worden. Deze bevatten cafeïne of stoffen die giftig zijn voor katten. Ook alcohol, hoe klein de hoeveelheid ook, is zeer schadelijk. Katten hebben een kwetsbaar metabolisme, waardoor zelfs een klein slokje gevaarlijk kan zijn. Kortom: laat je niet misleiden door oude gewoontes of fabels. Water is en blijft de enige juiste dorstlesser. Geef je kat dus nooit melk of andere drankjes—het is ongezond, en je kat wordt er niet blijer van. Kies liever voor stromend, fris water en je hebt een tevreden en gezonde pluizenbol.
